Dennis De Frolijke Floghur.
Iedereen kent het wel, iedereen maakt het wel eens mee, elke visser vraagt het zichzelf wel eens af…Waarom vallen de resultaten zo vreselijk tegen? Waar is die vis gebleven? Hoe kan het dat ik op deze stek, waar ik zoveel vertrouwen in heb die vis gewoonweg niet kan vinden?
Tekst, foto’s: Dennis Horvath & Dominique Kleiwegt Verdoes.
Film: Luc Coppens
Oplossing voor dit probleem kan zijn, verkassen. Simpelweg een andere stek zoeken waar de vis wel blijkt te zijn. Vis je vanuit een boot dan is de fishfinder natuurlijk een heel handig hulpmiddel, deze gaat zeker succes opleveren. Maar als je vanaf de kant vist ligt dat net even anders. Nu zijn er wel dieptemeters/fishfinders in de handel te krijgen die een kantvisser kan gebruiken maar ze werken in mijn ogen niet altijd even handig. De praktijk wijst uit dat het best wel een hoop gedoe is om goed met zo’n ding om te gaan. Het kost ook de nodige moeite om de vis echt goed in kaart te brengen. Zelf kies ik er vaak voor om de techniek aan te passen of te verfijnen. Reeds beproefde succesvolle technieken kan je fine tunen daar waar de vis niet wilt toehappen.
Zo heb ik een keer op een water gevist met een zachte bodem, het was een wedstrijd in Zwolle. De vis was erg moeilijk te vinden. Hier en daar werd een baarsje gevangen maar de aantallen bleven uit. Snoekbaars was al helemaal niet te vinden. Het bleek dat ze er wel zaten. Ik zelf ving er tegen de 30 stuks. De alom gewaardeerde loodkop waar ik in eerste instantie mee viste bleek hier vandaag gewoon niet te werken. De vis was erg passief en hapte niet toe op bewegend aas, een loodkop kan je niet stil laten liggen op een modderige zachte bodem.
Dropshot daar tegenover kan dus uitkomst bieden omdat de shad niet snel in de bodem zal zakken.. Echter ook dat wierp zijn vruchten niet af…..tot dat ik er 1 ving. Ik wist dat ze er zaten, ik wist waar ze zaten en ik wist ook hoe ze te vangen. De methode bleek even simpel als effectief te zijn. De vis lach in het midden van het kanaal. Het aas moest donker zijn, de techniek heel geduldig. Ik liet mijn aas seconden lang stil hangen boven de bodem, soms wel 15 seconden lang zonder er enige beweging in te brengen. De meeste aanbeten kwamen pas na 10 tot 12 seconden. De aanbeten waren wel erg hard en kwamen dus goed door.
Wapperlijn
Wat ook een oplossing kan zijn is een zogenaamde wapperlijn. Zeker als er wat stroming op het water staat kan dit een zeer effectieve manier van vissen zijn. Het lijkt een beetje op de dropshot techniek maar dan staat je haak niet rechtstreeks vast op de lijn maar op een zij lijntje. De shad kan nu met het grootste gemak naar binnen gezogen worden door de vis zonder al te veel weerstand van het lood te ondervinden. Op deze manier kan je ook heel passief vissen zeker als er wat stroming op het water staat zal de shad in beweging blijven.
Spinmad
Zeebaars is ook zo’n rare vis. Op de Maasvlakte is een stek te vinden waar volop zeebaars zit, een plek om zuinig op te zijn omdat dit een enorm grote kraamkamer is voor de Noordzee. Maar ook hier kan je gewoon blanken als je niet met het juiste aas vist of op de juiste manier. We stonden daar zij aan zij met een stuk of 30 andere vissers, eigenlijk helemaal niet leuk maar ja soms moet je wat. Mijn maat en ik visten met een 12 grams tailspinner van spinmad. De éne na de andere zeebaars kwam boven water, het was gewoon niet aan te slepen. De andere 28 vissers vingen heel af en toe een zeebaarsje. Ook hier bleek de juiste techniek met het juiste aas extreem succesvol te zijn.
Luc Coppens
Denk ook eens aan pelagic vissen, een techniek waar ik zelf overigens geen ervaring mee heb. Maar het is zeker een techniek waar hele goede successen mee geboekt worden. Het is natuurlijk een compleet andere manier van vissen als dat wij streetfishers gewent zijn en je hebt er de juiste apparatuur voor nodig. Het is wel een heel goed voorbeeld van hoe kan ik mijn techniek verfijnen om mijn vangsten positief te beïnvloeden. Luc Coppens heeft hier een mooie film over gemaakt waarin hij goed uit legt hoe dit precies in zijn werk gaat.
Waar ook wel eens goede resultaten geboekt worden is het zogenaamde speedjiggen. In een vorige blog heb ik hier al eens over geschreven. Baars jaagt af en toe alleen maar op snel aas. Om de één of andere reden willen ze die traag geviste worm niet hebben. Klein snel aas kan dan zeker uitkomst bieden. Een dag later kan dat weer totaal anders zijn.
Link naar speedjiggen: www.roofvisweb.nl/speedjiggen op baars.
Toen ik afgelopen jaar met mijn maat in Japan was om te vissen vingen we best wel leuke visjes op het rif. Tot dat mijn maat (Dominique) een spitshot-rig ging proberen, op dat moment ging het los. Het was de juiste techniek op de juiste locatie.
Tekst Dominique Kleiwegt Verdoes.
Inderdaad de juiste techniek op de juiste locatie. We hadden met de dropshot veel moeite om de vis te haken. Het juiste aas (kleine garnaaltjes) hadden we al afgekeken van een local, kunstaas deed het namelijk ook niet erg best op dat moment. Maar zelfs met het juiste aas bleef het moeilijk vis te haken. Nadat het aas voor de zoveelste keer van m’n haak verdwenen was, was ik het zat. Ik herinnerde me een artikel over de splitshot-rig dat ik gelezen had en al heel lang eens wilde proberen. Nu was het moment daar. De montage is heel simpel. Je knoopt een haak aan je lijn en op een kleine afstand knijp je 1 of meerdere knijploodjes op je lijn. Simpeler kan haast niet. En een groot voordeel is dat je heel makkelijk je montage kan afstemmen op de te belagen vis. Grote vis, grote haak. Kleine vis, kleine haak.
Ook het gewicht is makkelijk aan te passen waardoor je heel makkelijk het zink en/of zweefmoment van je aas kan beïnvloeden. Doordat je aas vrij hangt achter het gewicht is het ook makkelijk naar binnen te werken door de vis, waardoor je de inhakings kans vergroot. Deze techniek vergt wel de nodige concentratie tijdens het vissen, maar dat maakt het dan ook weer spannend. Zoals Dennis al aangaf kreeg onze soortenjacht een enorme boost. Waar Dennis in eerste instantie nog sceptisch was en het bij de dropshot hield, kon hij na m’n eerste tien worpen en zeven nieuwe soorten niet achterblijven. Een eerste kennismaking om niet te vergeten dus en een techniek waar we in de toekomst nog wel eens vaker gebruik van zullen maken.
Eigenlijk komt het er in het kort op neer dat de vissers die veranderingen zullen maken, en of buiten de lijntjes durven te denken, zullen gaan ontwikkelen waardoor ze hun resultaten zullen gaan verbeteren. Ook al zitten ze er wel eens naast waardoor de vangsten op dat moment wat tegen zullen vallen, zullen deze vissers hun techniek verder gaan fine tunen totdat ze de perfecte manier hebben ontwikkelt om hun resultaten tot het maximum te brengen.
Ik zeg: Tot de volgende Flog!!