De rechtbank van Breda heeft de voorlopige voorziening die Sportvisserij Zuidwest Nederland had aangevraagd afgewezen. Dit betekent dat Visserijbedrijf Klop tot en met 7 april een ontheffing heeft om door te vissen met de zegen. Wat hij tijdens de rechtszaak deed in een gebied waar hij op dat moment niet mocht vissen.
Bron: Sportvisserij Nederland
De zitting bij de rechtbank ging gisteren met twee uur vertraging van start, waarna de rechter in Breda oordeelde dat de rechtmatigheid van de voorlopige voorziening niet kon worden getoetst vanwege complexiteit van de materie . De rechter woog af dat deze spoedprocedure zich daar niet voor leende. De inhoudelijke argumenten van de georganiseerde sportvisserij – onder meer de watertemperatuur, paai periode, door de vermeende strenge kou ‘verloren’ visdagen van de beroepsvisser en procedurele aspecten – bleven daardoor onbesproken. Die zullen waarschijnlijk pas over enkele weken in een bezwaarprocedure worden behandeld. Dat was voor de rechter reden om – alleen op basis van een belangenafweging tussen het financiële belang van het visserijbedrijf en het natuur- en economische sportvisserijbelang de visserij – voor ‘slechts’ de drie resterende dagen niet stil te leggen. Over de procedurele bezwaren die Sportvisserij Zuidwest Nederland naar voren bracht zal in de bezwaarprocedure worden gebogen.
Enorme tijdsdruk
Dat er gisteren een rechtszitting plaatsvond over de door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) – onderdeel van het ministerie van LNV – verleende ontheffing aan Visserijbedrijf Klop om in de eerste week van de gesloten tijd door te vissen, was helaas noodzakelijk. Sportvisserij Zuidwest Nederland ontving vrijdag 30 maart (Goede Vrijdag) pas om 16.15 uur het bericht dat er een ontheffing was verleend die op Paasmaandag inging. Sportvisserij Zuidwest Nederland betrok direct de juristen van Sportvisserij Nederland bij het nieuws. Aangezien het ontheffingsbesluit zelf ontbrak, kon er niet direct bezwaar worden gemaakt. Pas na herhaaldelijk aandringen werd de ontheffing op dinsdagmiddag laat 2 april toegestuurd en is er direct bezwaar aangetekend om zo een voorlopige voorziening aan te kunnen vragen. Vervolgens is er intensief contact geweest met de rechtbank om de rechtszitting op een zo kort mogelijke termijn te laten plaatsvinden. Dat werd daarom de volgende dag.
Over de schreef
Terwijl Sportvisserij Zuidwest Nederland en de juristen van Sportvisserij Nederland op woensdagmiddag in de rechtszaal van Breda zaten, maakte Visserijbedrijf Klop op datzelfde moment gebruik van de verleende ontheffing om te vissen met de zegen. Daarbij hielden ze zich kennelijk echter niet aan de met gebiedsafbakening samenhangende regels. Inspecteurs van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) betrapten het visserijbedrijf op heterdaad terwijl zij in een gebied visten waar dit op dat moment niet mocht. Dit betrof een ondiep gedeelte van Nationaal Park De Biesbosch – een Natura 2000-gebied – waar de vis zich momenteel op de paaigronden verzamelt. Er is proces-verbaal opgemaakt en de vangst is nagekeken op de aanwezigheid van vissoorten waar een gesloten tijd voor geldt. Wij laten de afhandeling hiervan uiteraard bij de NVWA. In het verlengde hiervan roepen wij sportvissers ook op om beheersing op te brengen en het hoofd koel te houden. Met acties buiten het wettelijk kader is de sportvisserij niet gediend.