Op maandag bekijk ik op weeronline.nl de weersberichten voor het komende weekend. En ja hoor het is weer zover, de hele week komt de wind uit het zuiden maar op de ene dag in de week dat ik kan vissen draait de wind naar het noorden, en de dag erna komt ie weer uit het zuiden. Je zult begrijpen dat ik van deze voorspellingen niet echt blij werd. Al helemaal niet omdat het weekend ervoor onze visstekken voorzien waren van een laag ijs en het vissen er toen ook niet van is gekomen. Het is in Friesland namelijk niet raadzaam om een wak in de Elfstedenroute te hakken. Maar ja als je niet gaat vang je helemaal niks zeg ik altijd maar.
Tekst en fotografie: Willem Zijlstra.
De week ervoor toen we toch niet konden vissen vanaf mijn werk even langs Spakenburg gereden om de vriezer weer te vullen met de aasvissen van roofvisaas.nl, mooie dikke haringen, voorns en sardines mochten de reis naar het hoge noorden maken om daar de dikke snoeken te verleiden.
Op vrijdagavond de hengels klaarmaken, vismaat Gerrit nog even bellen voor de laatste details en natuurlijk in de gaten houden wat het weer doet, al met al beginnen de spanning en zelfs een beetje de zenuwen voor de visdag weer te komen. Zaterdagochtend stipt tien uur staat Gerrit voor de deur, nog even een bakje koffie en daar gaan we op weg naar de eerste stek voor vandaag. Deze plek is een gokje, we zijn er nog niet geweest deze winter en zijn benieuwd naar de helderheid van het water.
Het valt mee, snel de hengels optuigen de aasvissen eraan en al na een paar minuten dansen onze dobbers op de golfen. Als we na 2 uren nog geen teken van leven hebben gezien pakken we in en verkassen naar de volgende visstek.
Als we hier aankomen, blijken we niet de enige te zijn die denkt dat de vis hier te vangen is. Snel de aasvissen weer te water en wachten op wat er komen gaat. Dat de keuze voor deze plek niet verkeerd was, blijkt wanneer er na 1,5 uur ineens leven in één van mijn twee dobbers komt. De deadbait pencil verdwijnt onder water, maar komt gelijk weer boven en gaat plat op het water liggen. De snoek heeft de sardine een stukje meegenomen en daarna opgetild van de bodem. Voorzichtig pak ik de hengel op en gelijk daarna begint ze te zwemmen. Ik wacht een seconde of vier en sla aan. HANGEN roep ik naar Gerrit, deze twijfelt niet en komt gelijk aan lopen met het schepnet om, mocht het nodig zijn, deze te gebruiken.
Nadat de snoek in de gaten heeft dat ze er toch echt ingetrapt is en er een paar keer probeert vandoor te gaan, moet ze toch de strijd opgeven. Na een paar minuten ligt er een mooie prachtig getekende snoek van 99 cm op de onthaakmat. De eerste vis van de dag en net geen meter. Ik heb wel eens dagen die slechter beginnen. Snel een paar foto’s maken en deze mooie dikke dame krijgt haar vrijheid weer terug. Voorzichtig leg ik haar weer in het water en wacht tot ze weer genoeg op krachten is gekomen, even later zwemt ze met een krachtige slag van haar staartvin ons nat achterlatend het diepe weer in, altijd een prachtig gezicht!!
Na nog even op deze plek te blijven zitten besluiten we om te verkassen naar de laatste stek van vandaag. Een mooi stukje water met verschillende dieptes en vlakbij een brug, altijd een zogenoemde hotspot. Na een half uur zie ik dat mijn dobber een stukje verder onder het wateroppervlak zakt en zo even blijft staan, nieuwsgierig geworden verleg ik mijn aandacht naar deze dobber en zie dat deze een aantal meters verplaatst en dan geheel onder water verdwijnt. Ik sla aan maar de vis laat de sardine weer los, snel gooi ik het aas weer op dezelfde plek. Het duurt niet lang of ik heb weer beet maar hetzelfde spelletje als net herhaalt zich. Zo gaan we vier keer door en moet ik de sardine zelfs vervangen voor een nieuwe. Na een minuut of tien krijg ik weer beet op dezelfde plek en nu haak ik de vis wel, het voelt goed aan en de vis blijft op diepte. Als de vis aan de oppervlakte komt kan ik mijn geluk niet op, weer een mooie dikke vis, eenmaal op de onthaakmat geeft het meetlint precies een meter aan, een supervis!
Ook deze dame krijgt haar vrijheid weer terug en verdwijnt met een paar krachtige slagen in het diepe, wat een super gevoel, twee mooie dikke vissen. Na een bakje koffie en nog even nagepraat te hebben over de vijf aanbeten die nodig waren om de laatste snoek te vangen besluit ik om van mijn 2de hengel de haring te vervangen voor een dikke voorn en verplaats ik deze naar een plek vlak voor de brug. Ik kies deze plek omdat de wind hier warrelingen over het water maakt en hierdoor in mijn ogen eventuele prooivis in de problemen kan raken. Na ongeveer een minuut of tien maakt mijn deadbait pencil een rare beweging naar rechts en gaat dan plat op het water liggen, BEET. Dat het een voorzichtige aanbeet is blijkt wel uit het feit dat de pencil ongeveer een minuut blijft liggen. Mijn geduld wordt op de proef gesteld, maar uiteindelijk beloond.
De vis begint te zwemmen en na een aantal seconden sla ik aan, ook hier gebruiken we een takel op de aasvis zodat lang wachten niet nodig is. De vis blijft gelijk hangen. Na de vorige vis was ik toch wel een beetje gespannen of deze goed gehaakt was. Nadat de vis was uitgedrild en Gerrit de vis met behulp van het schepnet uit het water had gehaald, bleek deze nog net iets groter en zwaarder dan de andere twee, één meter en vijf centimeter geeft het meetlint aan. Ik kan mijn geluk niet op en na het maken van de foto’s zetten we haar weer in haar element terug.
Het laatste half uur vangen we niks meer. Het begint donker te worden dus besluiten we de spullen op te ruimen. De dagen worden alweer langer merken we als we op de klok kijken die half zes aangeeft. Drie mooie snoeken voor mij deze dag.Het blijft een raadsel waarom ze deze dag net wel mijn aasvissen eruit pikken en niet die van Gerrit. Lag het aan de presentatie of aan iets wat ik net anders deed dan hem? Volgende keer is het weer andersom zeggen we tegen elkaar.
Groet, Willem Zijlstra