Gekke bekken trekken en vreemde kopzorgen
Na het nogal bloedige artikel van de snoeken met tumoren en rode vlekken komt nu een categorie snoeshanen aan de beurt waarvan ik heel veel foto’s heb. Ik denk dat het komt omdat het meteen opvalt dat een snoek een gekke bek heeft als je hem gevangen hebt en wilt onthaken. Die afwijkingen aan of van de snoekenkop kunnen aangeboren zijn zoals bij de bekende mopskop. Maar helaas zorgt de snoekvisser zelf ook voor misvormingen aan onder- en bovenkaak.
Tekst en fotografie, Jan Eggers
Tegenwoordig gaan we wel voorzichtiger om met pas gevangen snoeken dan vroeger toen de meeste maatse snoeken meegenomen werden voor consumptie en de haak of dreg meestal met geweld verwijderd werden.
Het zal ook de nodige keren gebeurd zijn dat een kleine snoek met teveel kracht aangeslagen werd en de haak als een mes de bovenkaak in tweeën spleet. Zo’n snoekje hield dan vaak een gespleten gehemelte over dat bij het groter groeien duidelijk zichtbaar. Wat de oorzaak ook moge zijn, feit is dat ik een behoorlijk grote keuze heb in de categorie snoeken die gekke bekken trekken en laat ik eerst maar eens kijken hoeveel foto’s zich kwalificeren. Ik tel er al snel een stuk of 30 en dat zijn er meer dan genoeg om een hele aflevering mee te vullen. Ik had eerst het idee om in dit artikel de kop en de staart die anders dan anders waren te behandelen maar gezien de vele kopfoto’s komt dat staartartikel later.
De mopskop is een erfelijke aandoening.
Deze afwijking komt niet alleen bij snoek voor, ik heb ook forellen met een mopskop gezien en vermoed dat dit fenomeen ook bij andere vissoorten voorkomt. Reeds in 1863 werd er al over geschreven in het boek The Angler Naturalist en ook in Pike and the Pike Angler wijdt Fred Buller 2 pagina’s aan de “pug-nosed pike” . Wat me daarbij opviel was dat hij opmerkte dat veel mopskoppen uit een en hetzelfde meer kwamen.
Ik heb ook diverse aanmeldingen uit een specifiek water in Nederland en ga er dan ook van uit dat deze afwijking erfelijk is. In een water met meerdere mopskoppen is de kans dat ze met elkaar paaien en nieuwe mopskop snoeken voortbrengen dan in water waar er maar een rondzwemt. Ze kunnen de droomgrens van veel snoekvissers bereiken maar waarschijnlijk zullen er ook de nodige onderweg naar de 100 cm sneuvelen want vaak is de conditie stukken slechter dan die van hun normale soortgenoten.
Ook de nodige tussenvormen.
Een echte mopskop met veel kortere bovenkaak die vaak met een hoek van 90 graden naar de onderkant buigt is duidelijk te herkennen. Ik krijg echter ook foto’s binnen van snoeken waarbij de bovenkaak aanzienlijk korter is dan de onderkaak en veel minder gebogen naar de onderkaak buigt. Of dit een mildere vorm betreft weet ik niet en ook weet ik niet of dit wetenschappelijk te bewijzen is. Hoe dan ook deze snoeken zien net effe iets anders uit dan hun normale familieleden. We zien ook dat de conditie van deze twijfelgevallen meestal duidelijk beter is dan van de volbloed mopskoppen.
Dan zijn er ook nog vreemde snoeken met bulten op hun kop en niet te vergeten en naar boven gebogen bovenkaak. Net alsof die snoek met zijn bovenkaak ergens tegen aan gestoten is waarbij deze kaak omgebogen is. Dit doet me dan altijd weer denken aan een soort eendensnavel. Ze hebben er blijkbaar weinig last van want ik heb exemplaren tot over een meter gevangen.
Beschadigingen van buitenaf.
De categorie snoeken met een beschadigde bek ontstaan door verkeerde behandeling van de snoek door de mens, is behoorlijk groot. Te groot zou ik zowat stellen al zullen er ook gevallen zijn waarbij de visser nikst te verwijten valt. Dan zijn het vaak de wilde capriolen van de gehaakte snoek die er schuld aan zijn dat b.v. een kieuwboog breekt, de bovenkant van de bek of de zachte zijkanten inscheuren of zelfs afscheuren.
Ook kan de snoekvisser er vaak niets aan doen als een haakpunt in een oog komt, dat gebeurt zonder het te willen! Nu doet het vreemde feit zich vaak voor dat het vooral de snoeken zijn die voor het eerst gehaakt worden die springend en kopschudden proberen los te komen. Vang ik snoeken, ook metersnoeken, die al eerder gevangen zijn, dan gedragen deze zich tijdens de dril en het onthaken veel rustiger en is de kans op verwondingen stukken kleiner.
Is een snoek van 35 tot 55 cm in een of meerdere kieuwbogen gehaakt, dan is de kans bij een wilde dril groot dat er een kieuwboog, of soms zelfs twee, doormidden breekt. Het bloed komt er dan met iedere hartslag uit en dat ziet er dan slecht en levensbedreigend uit. Vaak overleefd de snoek deze verwonding niet als het in de zomermaanden met weinig zuurstof in het water gebeurt. Voor vooral buitenlandse gastvissers is dit dan een excuus om de snoek dood te maken. Ik zet zo’n snoek dan toch terug want misschien heeft hij geluk en overleeft hij.
In de late herfst en wintermaanden zijn de overlevingskansen van deze beschadigde snoeken stukken groter. Hoe ik dat weet? Heel eenvoudig, ieder seizoen vang ik wel een paar snoeken waarbij de gebroken roze kieuwboog al onder het kieuwdeksel uitsteekt. Wel is de conditie van zo’n snoek meestal minder dan van een onbeschadigd exemplaar en daar moeten we het dan maar meedoen.
Jullie moeten het nu ook doen met nog meer informatie over snoeken met gekke bekken. Het is vooral een kwestie van plaatjes kijken en vaak spreken die voor zich. Ik hoop vooral dat men leert dat het verkeerd behandelen van een gevangen snoek negatieve gevolgen kan hebben voor vriend Esox lucius.
Tenslotte wil ik alle snoekvissers die in het verleden en nu naar aanleiding van deze artikelen mij deze foto’s gestuurd hebben bedanken. Namen noemen wordt een beetje moeilijk omdat ik niet alle mails en brieven bewaard heb. Zonder jullie hulp had ik deze verhalen nooit kunnen maken en hadden er veel minder snoekvissers plezier van gehad. De volgende keer de vreemde staarten!
Jan Eggers